Wees geïnspireerd door het vuur van de verandering waarin alles oplicht terwijl het verdwijnt.

Vecht niet tegen verandering: wees geïnspireerd door verandering

“We are such stuff as dreams are made on; an oud little life is rounded with sleep” 

                                                                                              SHAKESPEARE, THE TEMPEST (1611)

Mensen weten al eeuwen lang dat het leven alleen maar bestaat uit verandering; alles komt alles gaat, alles verschijnt en verdwijnt. Wie wij denken dat we zijn is helemaal niet zo solide onveranderlijk en ‘objectief’ als ons vleselijk lichaam suggereert.

Wij zijn ‘such stuff as dreams are made on’ zei Shakespeare al; we zijn in wezen niet meer dan een (vluchtige) droom.
Is het je ooit gelukt, bij nadere beschouwing, jezelf te vinden? Ergens in je hoofd, achter je ogen, je gedachten denkend of je gevoelens voelend in je borst?

Ben jij de doener van je daden of de waarnemer achter je waarnemingen? Hoe je ook je best doet je zult nooit ergens in je systeem de ‘kapitein van het schip’ dat de levenszee bevaart vinden. 

Alles wat er verschijnt op de (woelige) baren van het leven legt het loodje, hoezeer we er ook (in doodsnood) aan vast willen houden. Niets blijkt uiteindelijk meer dan een voorbijgaande droom hoe substantieel het ook lijkt in het moment.

In de ‘wereld der dingen’ (waartoe we vinden dat we ook zelf behoren) is verandering de enige zekerheid.
We weten dit natuurlijk ‘ergens’ wel maar we handelen er in ons dagelijks leven zeker niet naar. Integendeel we houden verandering zo ver mogelijk bij ons weg. Ons hele leven is gebaseerd op de ‘betrouwbaarheid’ van het voorspelbare, op zaken waar we ‘op kunnen bouwen’, terwijl het leven zelf geheel ongewis is en van onzekerheden aan elkaar hangt.

We hebben een ‘identiteit’ opgebouwd door de tijd heen (of streven daarna) die solide, standvastig en betrouwbaar is. Een ‘jongen (of vrouw) van stavast’.
Ons ego is vernauwd tot een gezichtspunt dat ‘zin’ en ‘zekerheid’ uit ‘onzin’ en ‘on-zekerheid’ probeert te maken.

Ondanks dit alles (als we heel eerlijk) zijn is er een onderstroom in ons leven die we niet anders kunnen duiden dan met het woord ‘angst’. We weten namelijk dat deze luchtballon van een droom elk moment doorgeprikt kan worden. Niets in het leven waaraan we gewoon zijn geraakt, inclusief wij zelf, gaat het ‘redden’: alles wordt ons afgenomen.

Als dit alles waar is (en dat is het) waarom dan het allemaal niet toegelaten?
Misschien heeft die overgave wel zin en is het wel juist de bedoeling. Misschien is ons hele leven wel heel erg intelligent en, meer nog dan dat, leeft ons leven ons wel als ‘levensuitdrukking’.  Zijn wij er juist een onverbrekelijk onderdeel van. Helemaal geen afgescheiden iemand of iets dat zijn ‘eigen boontjes moet doppen’ in constante overlevingsmodus en zelf-verdediging. Maar een leven geleefd zoals het zich voordoet in het moment, als een goede vriend altijd het beste met ons voor hebbend.

Neem onze emoties, die we al zo lang hartgrondig proberen te onderdrukken, als voorbeeld.
Waarom nodigen we ze niet uit als ‘bondgenoten’ in plaats van ze te verketteren?
Waarom bijvoorbeeld verdriet niet helemaal toegelaten en omarmd als vriend(in). Niet om er in te verdrinken natuurlijk!  Maar vrijelijk zwemmen of drijven in het water van verdriet. Wat er dan gebeurt, is dat we zien dat het ‘water van verdriet’ en het water van de oceaan des levens hetzelfde zijn. Het verdriet diende zich aan  omdat we als een vis op het droge aan het spartelen waren.

Als we het levensverdriet weer durven toelaten dan voelen we het gemis van de verbinding met elkaar en de hele mensheid en alle wezens zelfs.
Dat gevoel van verlies doet ons hart (open) breken zodat de verbinding en éénheid die inherent is aan het leven zelf doorbreekt, zoals de zon door de wolken.

Het manifeste leven als verandering is een constante uitnodiging om ons niet te vereenzelvigen met dat wat helemaal niet standvastig blijkt te zijn. Dat kan ons werk zijn, onze relaties, onze gezondheid, alle omstandigheden, gisteren, vandaag, morgen, wat we ‘goed’ of ‘slecht’ noemen, elke geboorte, elk afscheid, alles dat komt, alles dat gaat, elke waarneming, elke omstandigheid.


Als we geen reactie of verkramping aan dit alles toevoegen wordt de ‘onder-stroom’ van het leven ons vanzelf gegeven.
Dan kun je het leven zien zoals Siddharta dat zag in het verhaal van Hermann Hesse. Siddharta was een tijdgenoot van Gautama de Boeddha en op zoek naar ‘verlichting’. Op zijn zoektocht komt hij bij een veerman, Vasudeva, die hem uitnodigt gewoon bij de rivier te gaan zitten contempleren.
Naar de stromende rivier luisterend en zich overgevend, realiseert Siddhartha zich dat tijd een illusie is en dat al zijn gevoelens en ervaringen, zelfs die van lijden, deel uitmaken van een grote en uiteindelijk vreugdevolle gemeenschap van alle dingen die verbonden zijn in de cyclische eenheid van de natuur.

Omarm de inherente verandering van een voorwaardelijk bestaan. 
Wees geïnspireerd door het vuur van de verandering waarin alles oplicht terwijl het verdwijnt.

Dit is de betekenis van ‘Changespirators’.
Dit is waar we elkaar telkens weer aan herinneren.
Dit is de toegang en doorgang tot een Oceaan van Licht en Liefde die de bron en  ‘oorsprong’ is van de golven en rimpelingen van die zelfde Oceaan en waarin ze tot rust vergaan